De olifant voelt zich heel gelukkig worden omdat de eekhoorn niet boos wordt als hij hem bij het dansen steeds per ongeluk op de tenen trapt. De schildpad twijfelt en denkt het ene moment dat hij heel gelukkig is en het andere moment diep ongelukkig. Ondertussen vraagt de meikever in de winkel van de sprinkhaan verlegen of hij ook geluk verkoopt?
‘De sprinkhaan kwam vanachter de toonbank naar de meikever toe, legde een arm op zijn schouder en zette heel voorzichtig een danspas in. Hun wangen raakten elkaar aan. Ze zeiden niets en dansten door de winkel, langs de toonbank, langs de ramen en door de open deur naar buiten.’ Wat een geluk!