Teunis heeft het niet gemakkelijk, want hij is een olifantenkind. Op school valt hij erg op tussen de mensenkinderen, en hij barst uit alle kleren die hij in de winkel aanpast. Zijn vader is ontdekkingsreiziger: hij ontdekt zeldzame dieren en ook zeldzame mensen. Ergens ver weg.
‘Kan hij die hier niet ontdekken?’ vraagt Teunis wel eens aan zijn moeder. Want hij mist zijn vader.
Teunis wil dat zijn vader terugkomt. En hij droomt van een wereld waarin iederéén olifant is. Hij wil niet anders zijn dan de anderen.