Dr. F.L. Bastet – hoogleraar in de klassieke archeologie aan de Rijksuniversiteit te Leiden en bovendien dichter, prozaïst en essayist – ontving een regeringsopdracht naar aanleiding van een essay over Vosmaer dat hij in Maatstaf publiceerde. Dit bracht hem ertoe zich te verdiepen in Vosmaers reisdagboeken en de beide romans die de Haagse vrijdenker geschreven heeft. Van deze heeft vooral Amazone veel roem verworven. Uit allerlei brieven is nu gebleken hoezeer de in 1880 nog niet bekende Tachtigers dit boek bewonderd hebben: voor hen werd Vosmaer de apostel van de schoonheidscultus. Hoewel zij hem enkele jaren later reeds begonnen te verguizen, worden hier nu allerlei documenten gepubliceerd, waaruit hun bewondering op verrassende wijze blijkt.
Behalve nieuwe brieven van Van Eeden, Verwey e.a. ontdekte de schrijver een brief van de uitgever Nijhoff, waardoor aangetoond kon worden dat Vosmaer zijn Amazone niet geheel zelf bedacht heeft. Bovendien is gebleken, dat voor de hoofdfiguur van deze roman de feministe Mina Kruseman model heeft gestaan. Daarnaast treedt uit de reisdagboeken een vrijwel onbekende Vosmaer naar voren: de warmbloedige levensgenieter die soms een voorloper van Couperus lijkt, de schilder met woorden, maar ook met het palet, de vriend van vele buitenlandse beroemdheden – de intieme vriend van Multatuli vooral.
Ofschoon uit dit boek eens te meer blijkt dat Vosmaer geen groot schrijver is geweest, ligt het belang ervan in het rijke documentatiemateriaal, dat ons tal van nieuwe feiten leert kennen waardoor allerlei faits divers uit het culturele leven van de vorige eeuw nieuw belicht worden. Zeer merkwaardig zijn vooral ook de dagboekbladen, waarin Vosmaer de dood en de begrafenis van mevrouw Bosboom-Toussaint beschrijft.