Op weg naar een oud-collega krijgt Kees Zomer een hersenbloeding. Plotseling heeft hij geen gevoel meer in het linkergedeelte van zijn lichaam. Omdat hij de macht over het stuur verloren heeft, kan hij niet voorkomen dat zijn auto te water raakt. Met een uiterste krachtsinspanning weet hij aan de kant te komen en merkt dan tot zijn ontsteltenis dat de helft van de wereld verdwenen is. Dat niet alleen: hij kan ineens niet meer op zijn eigen naam komen en er is ook iets in zijn spreken verschoven. In het contact met de omgeving is een storing opgetreden. Stukje bij beetje moet hij zich gaan herinneren wie, wat en waar hij is, moet hij de taal weer leren beheersen, en zich bewust worden van de simpelste dingen.
Eclips is te beschouwen als een pendant van Hersenschimmen, de roman waarmee Bernlef internationaal doorbrak. Terwijl in Hersenschimmen op aangrijpende wijze wordt beschreven hoe iemand langzamerhand de greep op de wereld verliest, vertelt Eclips het verhaal van iemand die stapje voor stapje het bewustzijn van de wereld terugverovert, al zal die nooit meer dezelfde zijn als vroeger.