‘Met de vlerken van een vlinder kom ik al ver genoeg,’ schrijft Leo Vroman. En hoe ver is hij gekomen: op zijn 98e bijna dagelijks dichtend. Zoals we van hem gewend zijn is ook deze bundel weer een soort dagboek van gedichten, over de liefde, de naderende dood, een verleden vol verhalen en een hoofd vol humor. Het is een wonder hoe de poëzie, plus de tekeningen die Vroman er ook nog bij maakt, hier zo fier en sprankelend blijft doorgaan.