In 1541 volgt een jonge vrouw haar voogd tijdens een van de eerste koloniale expedities naar Noord-Amerika. Na een seksueel schandaal aan boord van het schip wordt ze gestraft en achtergelaten op een onbewoond eiland, waar ze het opneemt tegen wilde dieren en de elementen en bevalt van een zoon.
Een paar eeuwen later probeert een hedendaagse schrijver te begrijpen wat er met de ‘Berenvrouw’ is gebeurd. Ze denkt aan de duisternis, de honger en de kou, en aan een vrouw met een geweer, gekleed in dierenvellen. Terwijl de auteur aan De berenvrouw schrijft, dringt haar eigen leven het werk binnen. Haar onderzoek raakt verweven met kwesties als waarom ze schrijft, wat een verhaal is, wie ze ooit was en wat ze is geworden.
Karolina Ramqvists roman vertelt het fantastische verhaal van de berenvrouw en maakt de lezer tegelijkertijd deelgenoot van het ontstaan van dat verhaal.
‘De berenvrouw is als een matroesjka waar onder iedere laag een nieuwe laag tevoorschijn komt. Deze geleidelijke onthulling is een aangrijpende en onderscheidende reis in een ver verleden die tot op de dag van vandaag uiterst relevant lijkt.’ – ***** Stavanger Aftenblad
‘Een geweldige combinatie van non-fictie, een memoir en autofictie.’ – Kirjaluotsi.fi