In 1990 vond kunstenaar Arthur Slenk twee dozen met beschreven muziekpapier, dat tussen 1872 en 1941 werd gebruikt door een amateurorkest. Met touwtjes en kruimelige elastiekjes werd het vergeelde papier bij elkaar gehouden. Bijna een halve eeuw hadden de documenten het daglicht niet gezien. Voorzichtig begon Slenk blad na blad te bekijken, zag de wisselende druk van de pen op het papier, een verbeterde vergissing, de slijtage aan de hoek waar het blad wordt omgeslagen, allemaal sporen van de onbekende leden van dit amateurorkest. Slenk besloot door middel van de collage dit verleden te laten herleven. Na het uitsnijden van de muziektekens, de sortering op onderwerp en het vervolgens beplakken van 144 pagina’s werd deze collage in boekvorm na zeven jaar monnikenwerk voltooid.