De hoofdpersoon in Naïef. Super. verliest op zijn vijfentwintigste verjaardag niet alleen een partijtje croquet van zijn oudere broer, hij verliest ook de zin in het leven. Alle overbodige kennis die hij in de loop van zijn bestaan heeft vergaard, zit hem plotseling danig in de weg. Het liefst wil hij ’s ochtends weer wakker kunnen worden met maar één gedachte in zijn hoofd. Dus bedenkt hij een therapie. Terug naar het nulpunt. Met een rode plastic bal, een speelgoedtimmerset en het aanleggen van lijstjes als hulpmiddelen probeert hij weer grip op zijn bestaan te krijgen.