Als klein meisje al voelt Idil, wier naam ‘de volmaakte’ betekent, zich gevangen in de islamitische gemeenschap waar de eigenwaarde van een vrouw systematisch wordt ontkend. Idil ondergaat de rituele besnijdenis als een vernedering. Seksuele ondergeschiktheid ervaart ze wanneer eerst haar leraar Harun en daarna haar toegewezen man Zade haar zonder respect gebruiken. Vluchten uit dit leven lijkt niet mogelijk, tot Idil bij toeval een blanke man ziet, op wie ze van een afstand verliefd wordt.