Als in 1886 de illustere barones Betty de Rothschild overlijdt, sluit zij niet voorgoed haar ogen, maar verplaatst haar geest zich naar het portret – een meesterwerk – dat de befaamde schilder Ingres van haar maakte. Door haar ogen volgt de lezer het lot van een vrouw en een grote Joodse familie in Frankrijk ten tijde van de opkomst van het antisemitisme en de naderende Tweede Wereldoorlog.
Het portret is weinig rust gegund: het verhuist van het ene onderkomen naar het andere, wordt op vele exposities tentoongesteld, verdwijnt tijdens de bezetting naar Duitsland en wordt ten slotte bedreigd met vernietiging.