Aan het einde van de negentiende eeuw bestijgt een nieuwe sjah de Perzische troon. Hij volgt zijn vader op, maar hij mist de daadkracht en de ambitie om zijn stempel op het bestuur te drukken. De koning heeft meer oog voor zijn harem, de kersentuin, de jacht en zijn rijkdommen dan voor de situatie waarin het volk en het land verkeren. Het leiderschap in het economische machtsspel waarin Perzië met Engeland, Frankrijk en Rusland is verwikkeld, laat hij over aan zijn raadgever, de vizier. De handige politicus ziet in de samenwerking met de westerse landen grote mogelijkheden om hervormingen door te voeren die voorspoed zullen brengen. Maar tegen welke prijs?
In een prachtig historisch en tegelijkertijd actueel verhaal vol betoverende personages verweeft Kader Abdolah de harde strijd om bodemschatten, land en macht met de magische sfeer van het aloude Perzië.
Quotes:
‘Het boek leest een beetje als een sprookje, waar Kader Abdolah in de inleiding van het boek ook wat op aanstuurt, door als verteller van dit verhaal in de voetsporen te willen treden van grote dichters en verhalenvertellers die hun fantasie bij tijd en wijle de vrije loop lieten. Het is een mooi historisch verhaal over een land op de grens van een nieuwe wereld. Een verhaal over keuzes maken tussen het vasthouden aan tradities of het overgaan op vernieuwing. Maar ook een verhaal over een sterk volk en land. Ondanks het feit dat de personages niet echt uitgediept worden, boeit het verhaal wel en neemt het je mee naar een omgeving van pracht en praal, samenzweringen en bedrog, harems en industrialisatie. Kader Abdollah heeft met De Koning een interessant verhaal geschreven over zijn thuisland waarin een van zijn voorouders (de vizier) een grote rol speelt.’ – boekenbijlage.nl, 21-01-2014