De even talentvolle als eigenzinnige chemicus Leo Baekeland (Gent 1863 – New York 1944), later uitgeroepen tot een van de grootste Vlamingen, vindt België en zelfs Europa te klein voor zijn ambities. Aan het einde van de negentiende eeuw steekt hij met zijn jonge vrouw de oceaan over. In New York, waar stromen immigranten hun geluk zoeken, probeert hij zijn uitvindingen aan de man te brengen. Niemand is geïnteresseerd, het geld raakt op en Baekeland is ten einde raad. De enige die in hem blijft geloven is Céline. Strijdvaardig, liefdevol en hard waar het nodig is, sleept ze het gezin door tal van crises. Tot Baekeland eindelijk succes heeft in het land waar dromen uitkomen en hij een uitvinding doet die de wereld verandert.
