Een jonge schrijfster verliest haar vader in de week van haar debuut. In de reconstructie van haar vaders leven – in relatie tot het hare – maakt zij de balans op tussen verlies en bevrijding. Zij beschrijft de breuk met het milieu dat een juk voor haar was, de breuk met de minnaar die op de plaats van de vader kwam.
In Vluchtplaats verkent Helga Walop de beleving van werkelijkheid, rouw en herinnering. In rake, beeldende taal vertelt zij over de kracht van het vrouwelijke, de vriendschap en verwantschap met een oudere Franse schrijfster.
Vluchtplaats is een roman over fysieke en platonische liefde, over lust, spiritualiteit en de kracht van geestverwantschap.