Van het eerste tot en met het laatste gedicht frappeert deze debuutbundel van Ilja Leonard Pfeijffer door zijn rijkdom aan beelden en klanken en door de afwisseling van thema’ en toonzetting. Zijn ‘in roomboter gebakken beelden en verzen met boulemie’ – zoals het programmatische openingsgedicht belooft – worden gecombineerd en gevarieerd met subtiele stellingname ten opzicht van de poëtische traditie en de prozaïsche werkelijkheid. En daarnaast ook met gedichten die ontroeren door hun evocatieve directheid. Pfeijffer, zoveel is duidelijk, is geen dichter uit de sobere, rechtlijnige keuken.