Danilo Kiš – ‘de laatste Joegoslavische schrijver’, kind van een Montenegrijnse moeder en een Joods-Hongaarse vader, luis in de pels van de nationalisten die na zijn dood zijn land zouden verscheuren, balling in Parijs – is een sleutelfiguur uit de naoorlogse Europese letteren. De chroniqueur van de holocaust in het noorden van Servië, en vervolgens van de misdaden van het stalinisme, was een belangrijke vernieuwer van de roman- en verhaalkunst. Deze bundel bevat naast een selectie uit zijn autobiografische geschriften en reisverhalen zijn befaamde, diep persoonlijke essays over onder andere de cultuur van Midden-Europa, en een selectie van zijn bijtende polemieken.