In Geestgrond doorkruist Winkler Broekhaus, dezelfde hoofdpersoon als in De kleine blonde dood, als een bezetene de wereld. Hij reist, op zoek naar zijn vader, helemaal naar Siberië en Nieuw-Zeeland, om er ten slotte achter te komen dat de oorsprong van zijn pijn heel dicht bij huis ligt: in de geestgronden aan de binnenzijde van de Hollandse duinen.
Dit vervolg op De kleine blonde dood vertelt het verhaal van de familieleden die na de dood van Micky achterblijven. Alles wat Winkler Brockhaus onderneemt om zijn verdriet te verwerken en weer een min of meer gewoon leven op te bouwen, wordt ondermijnd door de rondspokende herinnering aan zijn vader. De lezer raakt in de ban van deze hardvochtige en tegelijk tedere figuur, de even weerbarstige als onweerstaanbare vader.